Biscuit
Verwarm de oven voor op 170 °C.
Smelt de boter.
Klop met de mixer de eiwitten en de helft van de suiker tot stijve pieken.
Klop met een garde de dooiers au bain-marie schuimig.
Meng de eidooiers door het eiwit en spatel de bloem en boter erdoor.
Vet de taartpan in met boter en schenk het beslag erin.
Bak het beslag in circa 20 minuten goudbruin en gaar.
Haal het biscuit uit de vorm en laat het afkoelen.
Vulling
Rooster de hazelnoten in een droge koekenpan en hak ze fijn.
Snijd de sukade en chocolade in stukjes.
Halveer het vanillestokje in de lengte en schraap het merg eruit.
Roer de ricotta, houd een eetlepel apart, los en meng de suiker, sinaasappelschilletjes, pistachepitten, hazelnoten, sukade, chocolade en vanillemerg erdoor.
Snijd het biscuit doormidden en besprenkel beide kanten met marsala.
Verdeel de vulling erover en leg de bovenkant erop.
Bekleden
Rol het marsepein uit tot een grote cirkel die over de taart past.
Meng voor het glazuur de eiwitten, sap van de citroen en de poedersuiker met elkaar.
Bestrijk de bovenkant van de taart met de achtergehouden ricotta.
Bekleed de cassata met het marsepein, snijd het overtollige marsepein weg en bestrijk met de glazuur.
Garneer de cassata met sukade, sinaasappelschilletjes, pistachepitten en amandelen.
Verwarm de oven voor op 170 °C. Smelt de boter. Klop met de mixer de eiwitten en de helft van de suiker tot stijve pieken. Klop met een garde de dooiers au bain-marie schuimig. Meng de eidooiers door het eiwit en spatel de bloem en boter erdoor.
0 reacties