Dit artikel is eerder verschenen op AD Koken & Eten. Meer culinair nieuws? Kijk dan hier.

Een studie wijst erop dat specifieke afvaltips en een empathische benadering beter helpen bij het volgen van een dieet dan botweg tegen iemand zeggen dat hij of zij de eetgewoonten moet aanpassen. Een andere studie - bij muizen - laat zien dat de genen een sleutelrol spelen bij het slagen of niet slagen van een dieet.

Wetenschappers meldden toen dat als onderzoeken dezelfde resultaten zouden opleveren, dat zou bewijzen dat precisie-diëten beter zouden werken dan een methode-voor-iedereen. Een dieet waarmee iedereen afvalt, lijkt niet te bestaan. Omdat elke persoon anders is, zelfs identieke tweelingen, kan een dieet het best zo persoonlijk mogelijk zijn. 

Doorbraak

Dat bewijs is er nu volgens Medical News Today. Een onderzoek dat een doorbraak zou betekenen, laat zien dat zelfs identieke tweelingen verschillend op voedsel reageren. Bij dit grootschalige onderzoek werken wetenschappers samen van King’s College in Londen, Massachusetts General Hospital and voedingswetenschapsbureau ZOE. 

Gedurende 25 jaar volgde Tim Spector 14.000 eeneiige tweelingen. Spector is de oprichter van ZOE, hoogleraar genetische epidemiologie bij King's College en auteur van het boek The Diet Myth. Toen hij erachter kwam dat tweelingen heel verschillende voedselvoorkeuren hebben en bovendien anders reageren op voeding, zette Spector een onderzoek op in de Verenigde Staten en Europa met duizenden vrijwilligers. 

Van 1.100 volwassenen - waarvan 60 procent deel van een tweeling - werd bloed afgenomen. De onderzoekers keken naar hun bloedsuikerspiegel, insuline, het voorkomen van vet en enkele andere kenmerken. Hieruit bleek dat precies dezelfde maaltijden een ander effect hadden op de proefpersonen. 

Sommige deelnemers hadden snelle en lange pieken in hun bloedsuiker en insuline, kenmerken die horen bij gewichtstoename en diabetes. Anderen hadden een toename in vetwaarden die nog uren bleven plakken in het bloed na het nuttigen van een maaltijd. Dat vet brengt de wetenschap weer in verband met hartziekten. 

Deze individuele verschillen zijn deels te verklaren door genetische verschillen, maar niet helemaal. Identieke tweelingen, die precies dezelfde genenset hebben en ook nog eens in dezelfde omgeving opgroeien, hadden toch verschillende reacties op het eten dat ze voorgeschoteld kregen. De studie laat zien dat  maar 37 procent van hun darmbacteriën bij eeneiige tweelingen overeenkomt. Dat is maar weinig meer dan de 35 procent van twee willekeurige volwassenen, die zo'n 35 procent dezelfde bacteriën bij zich dragen. 

Het lijkt erop of het verschil in stofwisseling door factoren als darmbacteriën, het tijdstip van eten en sportmomenten net zo belangrijk zijn als de voedingsstoffen die in de maaltijden zitten. 

Omslag

In de voedingswereld is een omslag aan de gang, zei Spector tegen MNT. ,,Mensen gaan eindelijk het idee verwerpen dat als iedereen nu maar de regels volgt (zoveel porties groenten eten, calorieën tellen, minder vet eten) ze voor altijd gezond zullen zijn.” Er is, volgens hem ,,onvoldoende helderheid over de invloed van voeding op gezondheid en ziekte of op het beste voedingsplan dat elk individu zou moeten volgen om hun gezondheid optimaal te krijgen.”