Bereiding
Verwarm de oven op 200 °C.
Snijd de bloemkool in plakken. Leg de plakken op een met bakpapier beklede bakplaat en bestrooi met een beetje zout, versgemalen peper en wat olie. Rooster de bloemkool in de oven circa 20 minuten goudbruin en gaar.
Pel de knoflook en laat de paprika’s uitlekken. Maal in de keukenmachine of het hakmolentje van de staafmixer de knoflook met de paprika’s, twee tenen knoflook en de helft van de pecorino, de blaadjes van 3 takjes dragon, de amandelen en het rasp en sap van 1 citroen met een scheut olijfolie tot een pesto.
Snijd de kabeljauw in 4 moten. Kruid de vis met een beetje zout en versgemalen peper. Verhit een koekenpan met olie en bak de kabeljauw circa 5 minuten rondom aan. Blus af met een scheut witte wijn. Giet de pesto over de vis en laat op laag vuur zachtjes garen.
Ris de blaadjes van 5 takjes tijm. Rasp de rest van de pecorino. Haal de bloemkool uit de oven, maar laat de oven aan staan. Verdeel de tijm en de pecorino kaas over de bloemkool en zet dit nog 5 minuten terug in de oven.
Snijd de citroen in parten.
Serveren
Serveer de bloemkool op een bord met daarop een stuk kabeljauw, een ruime lepel pesto. Garneer met parten citroen en wat blaadjes verse dragon.
1 reactie