- Breng een pan met het water en het bouillonblokje aan de kook.
- Pel en hak de knoflook fijn.
- Pel en snipper de ui.
- Pluk de peterselie, hak de stelen fijn en het blad grof.
- Spoel de garnalen en dep droog met keukenpapier.
- Verhit de olie in een hapjespan. Bak de garnalen met de ui, knoflook en de stelen van de peterselie circa 3 minuten. Rasp de citroen boven de pan. Breng op smaak met een beetje zout en versgemalen peper. Schep de garnalen met de ui, knoflook en peterselie uit de pan en houd apart onder aluminiumfolie.
- Halveer de paprika, verwijder de zaadlijsten en snijd de paprika in kleine blokjes.
- Halveer de groene kool en verwijder de harde kern. Snijd in fijne reepjes.
- Smelt in de pan van de garnalen de boter en bak de groene kool circa 5 minuten. Blus de kool af met de bouillon en voeg de paprika toe. Leg de deksel op de pan en gaar circa 5 minuten.
- Verhit olie in een koekenpan en bak de krieltjes circa 5 minuten. Voeg de resterende peterselie toe en bak circa 3 minuten tot de krieltjes goudbruin zijn. Breng op smaak met een beetje zout en versgemalen peper.
- Snijd de citroen in partjes.
Serveren
Schep de groene kool op borden
en verdeel de gebakken krieltjes eromheen. Verdeel de garnalen erover en
garneer eventueel met een takje peterselie en de partjes citroen.
Meld je aan en praat mee