Aardappels
- Schil en snijd de aardappels in gelijke blokjes. Kook de aardappels in een pan met een laagje water en een beetje zout in circa 12 minuten gaar. Giet af en stoom droog. Voeg de boter toe en houd de aardappels warm.
Rode kool
- Breng een pan met water en een beetje zout aan de kook.
- Snijd het kontje van de kool en haal de buitenste bladeren eraf, maar probeer ze heel te houden.
- Kook de rode koolbladen circa 5 minuten in de pan met water en giet ze af. Bewaar een beetje van het vocht. Houd warm in de pan.
- Snijd de rest van de rode kool in dunne repen.
- Pel en snipper het sjalotje.
- Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd de appels in partjes.
- Verwarm een scheutje olie in een ruime steelpan en voeg de sjalot, fijngesneden rode kool, kaneel, kruidnagels en appels toe. Blus af met het achtergehouden rode koolvocht en azijn. Breng op smaak met een beetje zout en versgemalen peper. Laat circa 10 minuten pruttelen op laag vuur en roer af en toe door.
Spek
- Bestrooi de speklappen met een beetje zout en versgemalen peper.
- Verwarm een scheutje olie in een koekenpan en bak hierin de speklappen circa 10 minuten op matig vuur tot ze mooi krokant zijn.
Serveren
- Verdeel de rode koolbladeren over de borden en leg hierin de rode kool. Verdeel de aardappels rondom en leg er een krokant speklapje op.
0 reacties