Dit artikel is eerder verschenen op AD Koken & Eten. Meer culinair nieuws? Kijk dan hier.

Het schap met vleesvervangers in de supermarkten dijt uit. Ook consumenten die zich niet volledig bekeren tot het veganisme zijn bereid vleesvervangers te proberen. Er is inmiddels keuze in overvloed: falafelballetjes, gehaktkruim, vegetarische hamburgers, verschillende groenteschijven en hippe Javaanse tempehblokjes van de vegetarische slager.

Insectenburgers waren ooit verkrijgbaar in de Jumbo, maar zijn daar na een jaar weer uit de verkoop genomen. Kweekvlees is volop in ontwikkeling, maar klinkt vooralsnog als een brug te ver. Albert Heijn, maar ook Jumbo doen hun best, zoals ze zelf zeggen, om naast het aanbieden van vleesvervangers hun klanten ‘te inspireren en te motiveren met recepten vol peulvruchten, noten en bonen’.

Duitsland

,,Ik ben ervan overtuigd dat we over twintig jaar geen hamburger meer eten”, zegt Jochem Wolthuis, projectmanager handelsbevordering Duitsland van ontwikkelingsmaatschappij Oost NL stellig. Het is misschien wat kras, maar hij denkt het echt. „Als we zo doorgaan met vlees eten hebben we vier of vijf keer de aarde nodig.”

Wolthuis is net terug van de Grüne Woche, de bekende beurs  met een half miljoen bezoekers in Berlijn, waar hij met alle nieuwe oostelijke start-ups op het vlak van vleesvervangers is geweest. „We hadden zelfs een hele kolom in Bild Zeitung, een krant die door 10 miljoen Duitsers gelezen wordt.” Oost NL had een enorme vegetarische kebabspies mee van het Puttense Evolution Meats, een van de start-ups. ,,Iedereen vond het lekker, ook de verslaggever van Bild Zeitung schreef erover en dat geeft zo’n start-up dan een vliegwiel om te gaan groeien.”

Eiwittransitie

Oost NL probeert vanuit de provincies Overijssel en Gelderland ondernemers vooruit te helpen die bezig zijn met de eiwittransitie, zoals dat heet. Daarmee bedoelen ze de overgang van dierlijke eiwitten naar plantaardige. Er zijn verschillende merken vleesvervangers die hun wortels in Oost-Nederland hebben. Daaronder Vivera in Holten en The Green East in Raalte, dat bezig is met de ontwikkeling van eendenkroos tot eiwitvervanger, maar ook met Vegavit in Deventer, Ojah in Ochten en Evolution Meats in Putten.

Dat de nieuwe start-ups vooral in het oosten van het land zitten heeft te maken met Wageningen Universiteit, een knooppunt van veel technologie en ontwikkeling op het gebied van de eiwittransitie. Maar ook omdat afzetmarkt Duitsland dichtbij is, waar de consument nóg meer dan in Nederland met gezondheid en natuurlijke producten bezig is.

Bite en textuur

Als je je in de wereld van vleesvervangers verdiept, gaat het bij alle merken vooral over de ‘bite’ en de ‘textuur’ van vlees, die toch het moeilijkste is om na te maken met plantaardig materiaal. Bij Vivera in Holten, de op twee na grootste producent in Europa na Nestlé en Quorn, zijn ze daar al heel ver mee. Het zijn twee belangrijke aspecten als je consumenten wil verleiden hun vlees te laten staan. 

Directeur Willem van Weede deed zelf niet alleen een Dry January, maar ook een veganuary, wat betekent dat hij een maand geen vlees at. Ook zijn gezin, dat in het verleden al meer dan gemiddeld blootgesteld is geweest aan vleesvervangerproeverijen, deed eraan mee. Sinds Van Weede vorig jaar de strategie koos om de oude vleestak Encko van het bedrijf af te stoten en volledig te focussen op de vleesvervangers is er ook bij hemzelf iets veranderd.

Schaamte

„Vooral de jongere generaties maken zich druk om hoe het nu met de wereld verder moet. Het gaat steeds over klimaat, dierenwelzijn en voeding. Hoe moet dat goed gaan als er niet snel iets verandert? Millennials maken daar nu heel scherp keuzes in.’’

De productie van plantaardige vleesvervangers groeit exponentieel, vertelt Van Weede. Hij exporteert inmiddels ook naar de meeste Europese landen, waaronder Engeland en Duitsland. Het bedrijf zal de komende vijf jaar van 80 miljoen euro omzet naar 250 miljoen euro groeien, voorspelt hij. In de Holtense fabriek is net een derde productielijn opgezet en uitbreiding van de fabriek volgt dit jaar nog. Als je eraan komt rijden, ruik je de baklucht al. Van Weede zet Vivera, voorheen een introvert merk zoals hij zegt, vanaf dit jaar stevig in de markt.

Technieken

Vanaf de jaren 90 is het bedrijf al bezig met soja en de ontwikkeling van nieuwe technieken. Ze hebben daarmee een voorsprong en kunnen als onafhankelijk bedrijf inmiddels snel stappen zetten. Als een product niet loopt, halen ze het uit de verkoop, als er zich iets nieuws aandient, hebben ze het snel op de markt.

’De topstukken van Vivera zijn de ‘eerste’ plantaardige ‘biefstuk’, de gyros en de kipachtige producten. Voor een deel van de producten geldt dat het toch wel naar vlees moet smaken of de structuur moet benaderen. Een ander deel van de producten staat meer op zichzelf.

Grote markt voor kebab

Vanaf de jaren 90 is het bedrijf al bezig met soja en de ontwikkeling van nieuwe technieken. Ze hebben daarmee een voorsprong en kunnen als onafhankelijk bedrijf inmiddels snel stappen zetten. Als een product niet loopt, halen ze het uit de verkoop, als er zich iets nieuws aandient, hebben ze het snel op de markt.’De topstukken van Vivera zijn de ‘eerste’ plantaardige ‘biefstuk’, de gyros en de kipachtige producten. Voor een deel van de producten geldt dat het toch wel naar vlees moet smaken of de structuur moet benaderen. Een ander deel van de producten staat meer op zichzelf.

Na de juichende verhalen bij Oost NL over een veganistische kebabspies is het tijd om te proeven. Evolution Meats, de Puttense start-up, heeft zijn fabriek in het Limburgse Horn staan. Mark Laponder is er de commercieel directeur en tevens productontwikkelaar. Ooit begonnen in de kalfsvleesindustrie zag hij de achterste delen van het kalf richting de verwerking voor kebab gaan. Hij wist dus dat er een grote markt voor kebab was.

In 2018 kwam een aantal ontwikkelingen bij elkaar. Hij ontmoette  zijn huidige productie-directeur André Storteboom en de vegan-kok Armando Doebar uit Den Haag. Die wilden meteen meedenken over receptuur. Er kwam een compagnon bij die instapte en het financiële deel wilde gaan doen. Jacob Remijnse, de financiële man, zit ook aan tafel bij de fabriek. We gaan vandaag de kebab en de saté proeven, die binnenkort verkrijgbaar zullen zijn in de supermarkt.

Gezond?

Maar is vegetarisch ook gezond? „Dat iets plantaardig is, wil niet per definitie zeggen dat het ook gezond is”, legt Jaap Seidell uit. Hij is hoogleraar voeding en gezondheid aan de Vrije Universiteit Amsterdam. „Je moet goed kijken naar de ingrediënten van vleesvervangers. Zijn er vitamine B12 en ijzer aan toegevoegd? Zit er veel suiker en zout in? Want het heeft weinig zin om een hoogwaardig dierlijk eiwitproduct te vervangen door een inferieur plantaardig eiwitproduct.” 

Volgens Seidell is het beter om superbewerkte producten te mijden, of ze nou dierlijk of plantaardig zijn. „Er is veel vega junkfood op de markt. Ze willen je laten denken dat je iets gezonds koopt. Dat is misleidende marketing. Als je vegetarisch wilt eten, ben je qua gezondheid beter af als je basisvoedingsmiddelen eet: noten, bonen, erwten, tofu, avocado. Een overkill aan soja heb je niet zo gauw in je lijf, maar beter is gewoon te variëren.”

Consumenten die bewust met voeding bezig zijn zullen zich soms ook lam schrikken van de calorieën die de gemiddelde vegaschijf bevat, geeft Seidell aan. „Je moet het niet willen eten om af te vallen. Plantaardige eiwitten en vetten bevat evenveel calorieën als dierlijke eiwitten en vetten. Vegetarisch eten is wel gezonder. Het advies vanuit het voedingscentrum is eigenlijk steeds: eet minder dierlijke producten en vervang die door groenten, bonen en fruit. En er staat nergens: vervang ze door ultrabewerkte kant en klaar plantaardige vegaschijven.”

Zelf eet Seidell zeker drie keer per week plantaardige vleesvervangers. Hij koopt de minst bewerkte varianten en let vooral op of het eiwitrijk is. „Ik eet zo simpel mogelijk.”