Superfood het klinkt zo gezond, maar is dit wel zo?

‘Een superfood is voedsel dat rijk is aan voedingsstoffen. Denk aan vitamines, mineralen en antioxidanten. Voorbeelden zijn bessen, noten en zaden. Veel groenten kun je ook als superfood zien, bijvoorbeeld broccoli, bloemkool en bladgroenten.’, vertelt Bob ter Haak.

Andere producten die vaak onder de naam superfood vallen zijn: gojibessen, cacaobonen, chiazaad, hennepzaad, bijenpollen, tarwegras, kokosvet, zeewier, algenextracten, verschillende soorten fruit en groenten (bessen, rode druiven, knoflook en uien, koolsoorten, tomaten, broccoli), vette vis (omega-3 vetzuren), olijfolie, bepaalde noten, donkere chocolade en groene thee.

'Het woord ‘superfood’ is geen erkende term binnen de voedingswetenschap. Het is meer een marketingterm', licht Ter Haak toe. Voedingsdeskundigen spreken liever over voedingsrijk voedsel.

Het Voedingscentrum zegt het volgende: ‘Er zijn geen wetenschappelijke bewijzen dat het eten van één bepaald soort fruit voordelen voor de gezondheid oplevert. Ook is er niet één bepaalde groente die in alle voedingsstoffen kan voorzien.’ Het wekken van de indruk dat een bepaald soort groente veel gezonder is dan de andere soorten, zorgt ervoor dat er van andere soorten veel minder wordt gegeten.

Bob ter Haak licht toe dat diversiteit in je voedingspatroon belangrijk is. ‘Als je ze in balans met andere voeding eet, zijn ze meestal veilig. Maar te veel van één soort voedsel eten kan een onbalans veroorzaken.’, zegt Ter Haak.

'Sommige producten met het label superfood bevatten ook ongezonde voedingsstoffen', licht het Voedingscentrum toe. Zo heeft cacao een gunstig effect op de bloedvaten, maar in chocolade zit veel calorieën en verzadigd vet. Dit vergroot de kans op hart- en vaatziekten.

Ook zou een teveel aan een bepaald superfood zorgen voor klachten. Zo zullen met mate gojibessen geen problemen opleveren. ‘Ze bevatten weinig calorieën en veel antioxidanten, maar een teveel aan gojibessen kan zorgen voor misselijkheid en overgeven.’, aldus het Voedingscentrum.

Nog zo een voorbeeld is kokosvet. Het Voedingscentrum zegt het volgende: ‘Kokosvet bestaat voor meer dan 85% uit verzadigd vet. Dat is het meest van alle vet- en oliesoorten. Verzadigd vet staat bekend om de ongunstige gezondheidseffecten. Zo verhoogt verzadigd vet het slechte LDL- cholesterol. Dit vergroot het risico op hart- en vaatziekten.’