Voor een chef die dag in dag uit met eten bezig is, zou dat best nog eens lastig kunnen zijn. Was het echt honger lijden of ging er een nieuwe wereld open? Wij stelden Hugo een aantal vragen over zijn tijd op het eiland.

Voorbereiding op de expeditie

Deelnemen aan Expeditie Robinson betekent loodzware proeven in de hitte, weinig slapen en overleven met weinig eten. Als doorgewinterde fan was Hugo al zo goed als voorbereid om mee te doen. Met zijn vriend als personal trainer is hij altijd al bezig met sport. Zijn overlevingsvaardigheden heeft hij in de afgelopen jaren geleerd: "Ik heb vaak tijdens vakanties het bos opgezocht en daar kampvuurtjes gebouwd, vis gevangen en op die manier geleefd. En ik kijk natuurlijk al 19 jaar naar het programma dus ik weet al wat daar te eten is."

Ook biecht hij op: "Eigenlijk kook ik veel liever op een kampvuur. Door back to basic te gaan begrijp je de essentie van eten en ontdek je pas echt de pure smaken. Hoe knulliger en geïmproviseerder, hoe leuker ik het vind."

6 uur per dag werken op het eiland

Tijd om rustig aan te doen was er niet voor de chef. Op het eiland werkte hij zo'n 6 uur per dag. Niet voor geld, maar om te overleven. "Iedere dag liep ik een route van ongeveer twee uur. De ene dag een rechte lijn de ene kant op, en de volgende dag een rechte lijn de andere kant op", vertelt Hugo. Op deze manier kon hij eten zoeken zonder te verdwalen. "Kokos was overal te vinden," legt hij uit, "maar zo ontdekte ik dat er aan de ene kant van het eiland een cassaveveld was en ergens anders een papayaboom en jackfruit. Weer andere dagen ging ik vissen."

Miniatuur

Hugo's bananenpannenkoekjes

Volgens de winnaar is het zeker in zijn voordeel geweest dat hij chef is. Waar anderen soms geen idee hadden hoe zij daar moesten omgaan met eten, wist Hugo op innovatieve wijze zijn zelfverzamelde eten te bereiden. Zo maakte hij bananenpannenkoeken voor zijn kamp met een beetje bloem, geprakte bananen, kokosmelk en vruchtvlees van de kokosnoot en een snuf zeezout. "Dat maak je door zeewater in te koken. Daar heb je op het eiland toch meer dan genoeg tijd voor", zegt hij lachend.

Miniatuur

18 nieuwe eiland-recepten

Waar de afleveringen draaiden om de proeven, de bondjes en eilandraden, draaide Hugo's leven op finalisteneiland volledig om eten: Expeditie Masterchef. In deze nieuwe omgeving heeft hij naar eigen zeggen maar liefst 18 nieuwe recepten bedacht. Geloof het of niet, maar op zijn eiland heeft de chef zee-egel gegeten (één van zijn favorieten), fritters van cassave gemaakt en bovendien een heuse viscurry bereid.

Hugo maakte viscurry op het eiland

De echte 24Kitchen-fans kunnen zich misschien nog herinneren dat Hugo in een aflevering van Wat Eten We Vandaag? zijn onbegrip uitte over de hongerlijdende mensen tijdens Expeditie Robinson. Hij vertelde dat hij de beste viscurry ooit zal gaan maken, mocht hij uitgenodigd worden om mee te doen. Ondertussen zijn wij een paar maanden verder en heeft hij zijn belofte waargemaakt. Hugo: "Ik heb bisque gemaakt van krabben. De schalen heb ik opgebakken nadat ik het vlees had opgegeten. Die daarna helemaal kapot gecrusht met een bamboestok en daarop water met wat zeezout gegoten en dat een half uur laten koken. Daarna citroengras en cassave erin gedaan, zelfgevangen vis erin gegaard en als laatst afgeblust met kokosmelk."

Bekijk hier de aflevering van Wat Eten We Vandaag?
Hugo over Expeditie Robinson voordat zijn avontuur begon

Dit miste Hugo op het eiland

Wanneer je terug naar de basis moet, besef je pas hoe blij je moet zijn met de meest voor de hand liggende dingen. Als wij vragen wat Hugo het meest gemist heeft antwoordt hij het volgende: "Groentes. Komkommer, sla, tomaat. Gewoon de koude frisse groentes." En na nog even na te denken verzucht hij: "Knoflook. Dat heb ik zo gemist. Deze smaakmaker gebruik ik eigenlijk iedere dag, dus daar had ik best wel moeite mee. Ik heb er nog naar gezocht maar helaas pas op het laatst gevonden." 

Niet alleen eten maar ook zijn koksmes heeft hij toch wel even gemist. "Als chef is het toch een verlengde van je hand," vertelt Hugo, 'maar het botte kapmes, de bamboespatel en de roestige wok wennen snel." Ook kwam hij erachter dat een koelkast echt geen overbodige luxe is. Daar heeft hij twee redenen voor: "Als je in Nederland honger hebt, trek je de koelkast open en kun je binnen een paar minuten al eten. Daar ben je rustig een paar uur kwijt voordat je eindelijk je eten gevangen en voorbereid hebt. Daarnaast geldt op het eiland: what you see is what you get. Het is daar 50 graden (en je hebt dus geen koelkast). Dus je kan het echt niet bewaren. Wat je niet op krijgt moet je weggooien. Dat is heel gek."

Het is wat het is

Na een lange tijd leven met beperkte middelen ga je beseffen wat je thuis allemaal hebt. Door zo veel mogelijk zelfvoorzienend te zijn met groente uit zijn eigen moestuin, was Hugo al heel bewust bezig met het zo min mogelijk verspillen van eten. Hugo: "Als je je eigen groente verbouwt, gooi je echt niet iets weg als het een plekje heeft of als er een rups heeft opgezeten." De expeditie heeft hem ook geleerd dat je met weinig toch iets heel lekkers kan maken. Op het eiland kun je natuurlijk niet anders dan koken met de middelen die je kan vinden. Maar ook hier in Nederland gaat Hugo meer focussen op de groente die hij op dat moment binnen handbereik heeft. En daar een gerecht omheen bouwen in plaats van groenten een bijzaak te laten zijn. Dat is een wijze les die wij eigenlijk allemaal wel kunnen meenemen.