Harde wenerdeeg
-
Maak een kuiltje in de bloem en meng de boter, suiker en het ei. Kneed beetje bij beetje de bloem en het zout erdoor tot het deeg goed gemengd is.
-
Druk het deeg plat, verpak in plasticfolie en laat het circa 15 minuten rusten in de koelkast.
-
Verwarm de oven voor op 180 °C.
-
Vorm een mooie, rond plak van het deeg. Bak de deegplak in circa 15-20 minuten goudbruin en gaar. Dit wordt de bodem van de soesjestoren.
Caketoren
-
Verwarm de oven voor op 220 °C.
-
Verwarm in een pan de eieren samen met de suiker, al roerend met een garde, tot 40 °C.
-
Klop de eieren met suiker luchtig met de mixer of in de keukenmachine.
-
Smelt de boter. Zeef de bloem. Spatel de gezeefde bloem door het eimengsel, gevolgd door de gesmolten boter.
-
Verdeel het beslag over een bakplaat met bakpapier van ca. 30 x 40 cm. Strijk het beslag gelijkmatig dun uit. Bak de cakeplak circa 3 minuten in de oven. Laat de cake afkoelen.
Karamel
-
Smelt, zonder te roeren, de suiker in een steelpan op medium vuur totdat een lichtbruine karamel ontstaat.
Opbouw soezentoren
-
Klop slagroom met de vanille en de suiker stijf. Schep de slagroom in een spuitzak met een glad spuitmondje.
-
Steek 6 cirkels uit het biscuit. Twee cirkels met een doorsnede van circa 12 cm, één met een doorsnede van circa 9 cm, één met een doorsnede van 8 cm, één van 6 cm en eentje van 4 cm.
-
Spuit een beetje slagroom op harde wenerbodem en leg daar de grootste cakecirkel op. Herhaal dit totdat je alle biscuitcirkels van groot naar klein op elkaar hebt opgestapeld. Doop de soesjes in de karamel en zet ze vast tegen de caketoren. Gebruik vorken om draden van karamel maken en draai ze om de toren heen.
0 reacties