Scandinavische Babi pangang
Snijd het buikspek om de centimeter voor de helft in, maar niet door. Bestrooi het vlees met zout. Vijzel de roze peperkorrels en rasp en pers de citroen uit boven een grote (oven)schaal. Meng alle ingrediënten voor de marinade door elkaar. Leg het vlees hierin. Snijd het buikspek in. Leg het vlees in de marinade en laat minstens 3 uur marineren.
Snijd de kool en wortel in ragfijne reepjes. Pel en snijd de ui in fijne partjes. Snijd de dille. Breng in een pan 200 ml water, de azijn, suiker, peperkorrels en een royale snuf zout aan de kook. Kook tot de suiker is opgelost. Voeg de groenten toe en kook ze 2 minuten. Meng de dille erdoor. Doe de atjar in een weckpot. Sluit de pot af en laat afkoelen.
Verwarm de grill van de oven voor op 170 ºC. Gril het buikspek met de zwoerdkant naar boven circa 8 minuten in de oven, draai het buikspek om en gril 8 minuten tot het spek goudbruin is. Haal het buikspek uit de oven en snijd de ingesneden stukken verder door tot je plakken hebt. Gril de plakken in de oven circa 5 minuten om en om tot ze krokant zijn. Snijd de plakjes vlees in repen van circa 1 centimeter dik.
Bij het kampvuur: vouw van kippengaas een soort grillrek en rooster de babipangang volgens de bovenstaande manier krokant en gaar tussen een barbecueklem.
Babi pangang-saus
Verhit de roomboter in een pan en fruit het venkelzaad, voeg de tomatenketchup, bietensap, ketjap en suiker toe. Pureer tot een gladde massa met een staafmixer. Voeg de steranijs toe en laat meepruttelen.
Serveren de babipangang met de saus, plakjes komkommer en gebakken uitjes op pulla broodjes.
Tip: vind je de saus te zoet? Voeg dan azijn naar smaak toe, bijvoorbeeld appelciderazijn of rode wijnazijn.
Meld je aan en praat mee